Zaterdag 3 december: van de brandweer en tien dappere muzikantjes

Het was even twijfelen daar boven in de brandweerkazerne; zouden we met amper negen muzikanten rondtrekken? Even later kwam Tars van de voetbal en waren we met tien.

We lieten het brandweerkorps van Herenthout niet in de steek en stapten onvervaard de steenweg op, met de brandweervlag en roffelaar Rudy op kop. “Flink wat getrommel en korte stevige marsen”, zo had rondtrekchef Jan de situatie beoordeeld. Met de mars ‘The Middy’ geraakten we vlot tot in ‘De Kroon’. 

Dan bracht een halve ‘New Colonial March’ ons tot in de Titanic en met eveneens een halve ‘Great Little Army’, honderd meter geraakten we verderop tot in het Molenhuis, honderd meter verderop. Bij de laatste maat van deze mars gaf Edwin een ‘genadeslag’ aan zijn groskes, die donderend op de stoep belandde. Wel met een perfecte timing.

Intussen waren we goed op elkaar ingespeeld en vroegen we ons af waarom we eigenlijk een grote groep nodig hebben om rond te trekken? “Twee trompetten en een bugel klinken fantastisch samen. Met een kleine bende is het zeker zo plezant”, en we haalden, tot jolijt van de feestende pompiers, onze klak boven.

Met ‘On the Quarter Deck’  belandden we in het GOC, dan de straat over naar de Bar Baar. Uiteindelijk roffelde Rudy de overblijvende pompiers en (stille) muzikanten tot in de Lux. Het was best leutig. Eind goed, al goed ?